Deze route voert u door een landschap dat de laatste honderd jaar ingrijpend is veranderd. Tot het midden van de 19e eeuw was de Peel een bijna ontoegankelijk hoogveenmoeras met op de hogere delen stukjes heide en biezen en in de lagere delen vennen. Nu is het een modern open agrarisch landschap, dat wordt afgewisseld met kleine dorpen.
De systematische ontginning begon in het begin van de 19e eeuw en ging door tot ongeveer 1960 (Ospelse Peel). Eerst werd het hoogveen als turf afgegraven en daarna werd de vrijgekomen grond voor landbouw geschikt gemaakt. Sinds 1950 heeft de landbouw in de Peel zich stormachtig ontwikkeld van gemengd bedrijf tot agrarische industrie. Kunstmest, ruilverkavelingen, ontwateringen en mechanisatie waren daarbij sleutelwoorden. Gedurende grote delen van de tocht zult u grootschalige boerenbedrijven tegenkomen met intensieve veehouderij. Nergens in Nederland worden zoveel varkens, kippen en mestkalveren per km2 gehouden als hier en soms is dat goed te ruiken.
De uitgestrekte heide en venen zijn grotendeels verdwenen, maar de ruimte is gebleven. U kunt hier heerlijk fietsen zonder veel mensen tegen te komen. De route loopt langs een groot deel van het landschapspark de Groote Peel, dat alleen te voet toegankelijk is. Op verscheidene plaatsen heeft u een mooi uitzicht op dit unieke natuurgebied.
Nadat u op de fiets gestapt bent, is de Voordeldonkse Broekloop het eerste riviertje dat u oversteekt. Het is een zijstroompje van de Aa. Later volgen de Eeuwelse Loop en de Astense Aa. Door de ontwateringstechnieken die werden toegepast bij de peelontginning, kregen deze beken veel meer water dan daarvoor. Om de doorvoercapaciteit te vergroten werden ze gekanaliseerd. Maar ook door ruilverkavelingen moest hun loop over grote afstanden worden aangepast. Van de ruim 400 km die het beekstelsel van de Aa meet, volgt nog maar ongeveer 10 km zijn oorspronkelijke bedding.
Zie ook de informatie van het ministerie van landbouw,
natuurbeheer
en visserij.
Toni Cornelissen 17 maart 2000 toni@dse.nl |